Opsluiten van migranten leidt zelden tot vrijwillige terugkeer

Het opsluiten van illegale vreemdelingen leidt zelden tot vrijwillige terugkeer naar hun land van herkomst. Dat meldt de NOS op basis van onderzoek van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ).

Uitzetting is vaak lastig

Het onderzoek is op verzoek van staatssecretaris Broekers-Knol van Vreemdelingenzaken uitgevoerd. De ACVZ deed specifiek onderzoek naar uitzettingen in de periode van 2015 tot 2019. In deze periode werden 12.522 vastgezet in detentiecentra voor vreemdelingen. In 2019 bleek dat slechts vijftien procent van de gedetineerden uit zichzelf besloot terug te keren naar hun land van herkomst. Het opsluiten van migranten wordt gedaan met als doel om ze uit eigen beweging te laten vertrekken. In het ergste geval worden ze gedwongen het land uitgezet, maar dit is vaak lastig omdat herkomstlanden vaak niet willen meewerken aan gedwongen terugkeer.

Opgesloten migranten bijna verdubbeld

De Dienst Terugkeer en Vertrek vreemdelingen kan sinds 2015 migranten opsluiten om ze zover te krijgen om het land te verlaten. In 2015 werden 1999 migranten opgesloten, maar vier jaar later waren dit er 3729. Dat is opmerkelijk aangezien het opsluiten niet zomaar mag en er wettelijk gezien een reële kans moet zijn dat migranten uit zichzelf vertrekken.

Inzetten op goede relaties

Volgens de ACVZ is het belangrijk dat Nederland meer inzet op goede relaties met herkomstlanden. De slagingskans van het uitzetten van migranten is daar namelijk afhankelijk van. Zo gaan bijna alle Albanezen terug naar hun herkomstland, terwijl dit bij Algerijnen en Marokkanen bij een op de tien het geval is. Volgens de ACVZ komt dit door afspraken die Nederland met Albanië heeft gemaakt, maar lukt het nog niet om goede afspraken te maken met Marokko. Daarnaast geeft de adviesorgaan aan dat het vertrek ook te maken heeft met de persoonlijke omstandigheden van migranten. Vanmiddag om 16:00 presenteert de ACVZ de belangrijkste bevindingen uit het onderzoek.