FunX

De invloed van taal op je identiteit: "Ik pluk er nu de vruchten van"

foto: Privéfoto
  1. Newschevron right
  2. De invloed van taal op je identiteit: "Ik pluk er nu de vruchten van"

Waarschijnlijk voelt het voor velen als een doodgewone (en vooral stormachtige) maandag, maar op 21 februari valt er jaarlijks iets moois te vieren. Het is namelijk Internationale Moedertaaldag. Deze speciale dag staat volledig in het teken van meertaligheid en taalkundige en culturele diversiteit. Hoewel het Nederlands een verbindende factor heeft in ons land, zijn er veel Nederlanders die opgroeien in gezinnen waar andere of meerdere talen gesproken worden. De impact die dit heeft op de ontwikkeling van je identiteit kan enorm verschillen per persoon. FunX sprak hierover met Onur (30) en Uriah (29), die beiden een compleet andere ervaring hebben met de talen die thuis werden gesproken.

Waarom wordt Internationale Moedertaaldag gevierd?

De Internationale Moedertaaldag werd voor het eerst op 21 februari 2000 gevierd. Deze dag werd in het leven geroepen door de UNESCO, omdat moedertalen van belang zijn om taalkundige en culturele tradities levend te houden en mensen bewust te maken van de verschillen tussen etnische groepen. Ook zou het spreken van de moedertaal mogelijk leiden tot meer onderling begrip.

Quote

Het heeft allemaal kleine voordelen om de taal van je ouders machtig te zijn.

Onur (30)

Yo Onur, jij bent thuis zowel met het Turks als Nederlands opgegroeid. Was dat een bewuste keuze van je ouders?
"Ik denk niet dat het een bewuste keuze was. Mijn vader beheerste het Nederlands niet goed genoeg, dus ik moest met hem wel Turks spreken. Mijn moeder heeft haar educatie deels in Nederland gehad en deels in Turkije. Ze beheerste de Nederlandse taal al, waardoor ik voornamelijk Nederlands met haar sprak. Ze had ook zoiets van: we wonen in Nederland dus je moet de taal goed beheersen. Los daarvan was het ook belangrijk om Turks te leren, omdat we natuurlijk familie hebben in Turkije en daar moest ik ook mee kunnen communiceren. Het grappige is wel dat toen mijn broertje werd geboren mijn ouders het juist veel belangrijker vonden dat hij goed Nederlands sprak in plaats van Turks."

Dat verschil is wel interessant. Heeft je broertje het Turks uiteindelijk wel leren spreken?
"Hij spreekt het vrijwel niet. Hij verstaat het wel grotendeels en kan wel wat zinnetjes terugzeggen in het Turks, maar het is niet zo dat hij de taal net zo goed beheerst als ik. Dat komt ook, omdat mijn vader destijds veel meer vasthield aan de Turkse cultuur toen ik nog klein was. Mijn broertje en ik schelen elf jaar van elkaar en in die elf jaar na mijn geboorte heeft mijn vader zich ook steeds meer aangepast aan Nederland. Toen ik nog klein was, wilde hij voornamelijk dat ik Turks leerde, met veel Turken omging en het liefst ook met een Turkse meid thuiskwam. Tegen de tijd dat mijn broertje werd geboren, vond hij het vooral belangrijk dat hij goed Nederlands sprak."

Dus we kunnen wel stellen dat je culturele identiteit gebaseerd is op je Turkse achtergrond?
"De Turkse cultuur heeft mij wel gemaakt tot wie ik vandaag de dag ben, maar ik denk dat ik voornamelijk tussen twee werelden leef. In bepaalde gevallen ben ik wat meer Turks en in andere gevallen ben ik wat meer Nederlands. Op het werk ben ik anders dan wanneer ik met Turkse vrienden ben. Je past je gedrag en manier van praten daarop aan. In onze cultuur is het bijvoorbeeld ook normaal om een andere man een kus op de wang te geven. Een Nederlandse man zou dat waarschijnlijk heel vreemd vinden."

Je bent inmiddels al vier jaar vader, probeer je de taal ook door te geven aan je zoontje?
"Ik merk dat ik moeite heb met het doorgeven van de taal aan mijn zoontje. Dat komt voornamelijk, omdat mijn vriendin half Nederlands half Indonesisch is. Thuis wordt er dan ook Nederlands gesproken, dus als ik Turks spreek tegen mijn zoon dan vind ik dat lastig voor mijn vriendin, want zij begrijpt er niets van. Daarom heb ik voornamelijk Nederlands met hem gesproken, maar ik wil eigenlijk wel dat hij de Turkse taal leert. Helaas ben ik daar niet vroeg genoeg mee begonnen. Hij herkent de taal wel als hij het hoort en verstaat hele simpele zinnetjes, zoals 'Trek je jas aan' of 'Vergeet je tas niet', maar hij kan het niet spreken."

Als je nu terugkijkt op je opvoeding, vond je het belangrijk dat je de taal hebt meegekregen?
"Zeker. Het Turks werd er met de paplepel ingegoten bij mij en daar pluk ik nu de vruchten van. Het is in veel gevallen handig om de taal te kunnen spreken, zoals op mijn werk. Ik werk in de haven en hoewel ik niet veel kennis heb van Turkse vaktaal helpt het alsnog om met klanten uit Turkije in het Turks te kunnen communiceren. Je maakt direct een connectie met ze en dat helpt. Daarnaast zijn er ook momenten waarop ik iets wil delen met iemand wat anderen niet hoeven te horen. Dan is het fijn dat ik dat in mijn eigen taal kan doen. Het heeft allemaal kleine voordelen om de taal van je ouders machtig te zijn."

Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.

Quote

Het was wel oké als je het Sranantongo verstond, maar het spreken van de taal werd niet echt gestimuleerd.

Uriah (29)

Hey Uriah, je bent thuis opgegroeid met het Sranantongo, maar zelf heb je het nooit leren spreken. Waarom niet?
"Mijn moeder, tantes en ooms spraken vaak wisselend Sranantongo en Nederlands. Vaak werd er onderling Sranantongo gesproken, maar mijn vader was eigenlijk niet zo van het spreken van de taal. Vroeger werd het ons ook verboden als mijn broer en ik Sranantongo probeerden te spreken. Vaak werd er dan gezegd: 'Doe dat niet' of 'Praat gewoon Nederlands'. Het was wel oké als je het Surinaams verstond, maar het spreken van de taal werd niet echt gestimuleerd. Daardoor heb ik het nooit echt goed leren spreken."

Wat was volgens jou de reden dat je ouders zo terughoudend waren om het gebruik van het Sranantongo te stimuleren?
"Ik denk dat ze voornamelijk wilden dat we goed Nederlands spraken en gemakkelijk op konden gaan in de Nederlandse maatschappij. Daarnaast heerste ook het stigma dat als je Sranantongo zou leren dat je te veel in de cultuur zou blijven hangen. Ook vindt die terughoudendheid zijn oorsprong in het koloniale tijdperk. In Suriname werd het je afgeleerd om Sranantongo te spreken en ouders verboden hun kinderen om het te spreken. Dat werd van generatie op generatie doorgegeven. Tegenwoordig is dat wel anders. Maar het is nog steeds zo dat je heel goed Nederlands en/of Engels moet kunnen spreken als je het ver wil schoppen in Suriname."

Zijn er momenten geweest waarop je het gebrek aan kennis van de taal zag als een last?
"Niet per se, maar er waren wel momenten waarop ik het gevoel had dat ik niet echt Surinaams was. Ik run mijn eigen onderneming en ik heb heel veel klanten in Suriname. Ook in de Surinaamse gemeenschap hier in Nederland heb ik veel klanten. Ik weet nog dat ik aan tafel zat met vijf Surinaamse klanten die allemaal Sranantongo spraken, terwijl ik er een beetje bij zat en niet mee kon praten. Dan voelt het echt even alsof je geen Surinamer bent."

Voelde je je daardoor minder verbonden met Suriname of Surinamers in het algemeen?
"Dat niet zozeer. Ik heb sinds mijn 23e mijn eigen transportbedrijf en doe veel zaken met Suriname. Daarnaast zijn we in mijn familie heel erg Surinaams. Ik heb veel van de cultuur meegekregen en kan wel stellen dat mijn identiteit daarop gebaseerd is. We zijn binnen mijn familie niet heel patriottisch ofzo, maar we hechten bijvoorbeeld wel veel waarde aan de Surinaamse cultuur en tradities. Dat vind ik zelf ook belangrijk."

Onderneem je nu wel stappen om het Surinaams te spreken?
"Ik doe nu wel veel meer mijn best om de taal te leren en te spreken. Mijn vriendin heeft een soort Sranantongo woordenboek, dus daar probeer ik soms uit te leren. Daarnaast probeer ik in bepaalde situaties ook zinnetjes in het Sranantongo te gebruiken en me vooral voor te bereiden op gesprekken met familieleden bijvoorbeeld. Ik kan het inmiddels wel goed verstaan, maar ik heb nog wel veel moeite met de grammatica."

Ster advertentie
Ster advertentie